Vlotten bouwen

Tijdens de 25e Wampex hebben we een aantal dingen gedaan die in een ‘normale’ Wampex onghaalbaar zijn. Wat zou het geweldig zijn om ploegen zelf een vlot te laten bouwen en vervolgens hier een grote afstand mee te laten afleggen. Helaas is dit logistiek bijna onhaalbaar. Alle 45 ploegen hebben hetzelfde materiaal nodig. Het duurt veel te lang om ene ploeg te laten bouwen, varen en daarna het vlot te demonteren, spullen terug te brengen en daarna door een andere ploeg weer te laten gebruiken..

Maar tijdens het jubileum hadden we extra middelen, extra vrijwilligers en gewoon extra lef om het te doen. Heel veel materiaal, een ploeg vrijwilligers die deze opdracht volledig gingen organiseren en uitvoeren  en een bestellijst voor de deelnemers om het gebruikte materiaal onder controle te houden. 

 

Bij de start kregen alle ploegen een bestellijst mee. Hierop konden ze de materialen ‘kopen’ die ze nodig dachten te hebben voor het bouwen van een vlot. Kopen, niet voor geld natuurlijk maar voor straftijd. Hoe meer materiaal, hoe meer straftijd. En er werd niet bij verteld waar of wanneer ze dit vlot nodig hadden. Bij poost 2 moest de lijst worden ingeleverd. Met behulp van deze lijst werd door de vrijwilligers bij post 8 de bestelling per ploeg kraargelegd.

De juiste keuze van materiaal was natuurlijk belangrijk. Een afweging tussen straftijd en een werkbaar vlot. Zonder te weten of je er 10 meter of een kilometer mee moest varen. Het laatste was het geval. Er was zelfs een ploeg die bijna niets bestelde want ze dachten: “Er zal wel helemaal geen water zijn en die eikels laten ons gewoon met die rommel een hele route meeslepen”. Dat was dus niet het geval en het vlot van deze ploeg had op z’n zachtst gezegd weinig drijvend vermogen.